Dagboek september 2013

25. sep, 2013

De toren van Babel

Er is veel inkt over gevloeid maar het fijne weten we er niet van.

De verwoesting van de bibliotheek van Alexandrië is zowat symbool geworden voor de barbaarsheid van mensen die bij een boek zweren.

Er is daar een schat van informatie verloren gaan. Dat was zeer waarschijnlijk geen toeval maar opzet. De bibliotheek was geen onschuldig slachtoffer van woelige tijden, maar werd doelgericht uit de weg geruimd, net omdat het de schatkamer van de wetenschap en de geleerdheid betrof.

Proces

We weten niet echt door wie, wanneer en hoe de verwoesting plaats heeft gevonden.

We hebben wellicht veeleer te maken met een proces van geleidelijke teloorgang, die in de hand werd gewerkt door de politiek van die dagen. De macht was in handen van de Christenen en die wilden af van het klassieke heidendom.

Er zijn wellicht een paar branden geweest., verwaarlozing, gebrekkig onderhoud, diefstal en vernielingen door opgezweepte volksmassa’s, die ook tot moord in staat waren zoals we in het geval van Hypatia hebben gezien.

In de praktijk is er niet een moment aan te duiden, en ook niet een bepaalde reden, waarom: de bibliotheek is verwoest.

Hogerhand

Op het einde van de vierde eeuw na Christus werden op last van de Christelijke keizers in Byzantium, vanaf Theodosius, Romeinse tempels gesloten of verwoest.

We mogen veronderstellen dat de bibliotheek van Alexandrië niet een overzichtelijke instelling was maar dat er meerdere collecties van boeken, geschriften en instrumenten bestond. De oudste daarvan was het Museion, het paleis van de muzen, maar in de latere jaren was het Serapeion deze eerbiedwaardige oude instelling voorbij gestoken in glans van kennis en wetenschap, wat zich naar alle waarschijnlijkheid in weerspiegelde in de collecties.

In het Latijn werd dat het Museum en het Serapeum. Het woord museum leeft tot vandaag in onze taal verder, maar is op deze tempelcomplexen terug te voeren.

Islam

Tweehonderd jaar later, in 642 na Christus viel Egypte in handen van de Arabische veroveraar Amr ibn al-As. Volgens de legende zou hij opdracht gegeven wat nog restte van de bibliotheek te verwoesten, of wat er nog van over was, met de woorden : "Ofwel zijn de boeken in strijd met de Koran en in dat geval is het ketterij, en anders zijn ze in overeenstemming met de Koran en dus overbodig."

De boekrollen zouden toen het slachtoffer worden van een boekverbranding en als brandstof voor de badhuizen gebruikt zijn. De gehele inhoud, behalve de werken van Aristoteles, zou zijn vernietigd.

Deze legende is echter pas in de dertiende eeuw terug te vinden, vele eeuwen na de feiten en berust wellicht op een literaire voorstelling van de feiten door auteurs die voor een Arabisch publiek schreven.

Afbeelding: boekverbranding door de nazi's

24. sep, 2013

Fanatisme

We maakten gisteren kennis met Hypatia, een geleerde vrouw van grote faam die beestachtig werd vermoord in 415 na chr. in Alexandrië.

Alles doet vermoeden dat de kerkleraar en kerkvader Cyrillus hier een zware verantwoordelijkheid voor draagt. Deze raakte door zijn onbuigzame en intolerante opstelling in conflict met de prefect van Egypte, Orestes.

Citaat

Socrates Scholasticus schrijft het volgende:

“(Hypatia) werd zelf het slachtoffer van de politieke jaloezie, die in die tijd heerste. Want omdat ze dikwijls met Orestes gesprekken voerde, verspreidde zich onder de christelijke bevolking de laster, dat zij het was waardoor Orestes zich niet weer met de bisschop [Cyrillus] zou verzoenen. Daarom wachtten enkelen, die door een wilde en schijnheilige eerzucht gedreven werden, wier aanvoerder een voorganger onder de naam Petros was, haar op haar thuisweg op, trokken haar uit de koets, brachten haar in de kerk met de naam Caesarion, waar zij naakt uitgekleed en dan met bakstenen doodgeslagen werd. Nadat ze haar lichaam in stukken uiteen getrokken hadden, brachten ze haar verminkte ledematen naar een plaats met de naam Kinaron en verbrandden ze daar. Deze affaire bracht een niet geringe smet, niet alleen op Cyrillus maar op de hele Alexandrijnse kerk. Zeker kan niets verder van de geest van het christendom verwijderd zijn, dan zulk een slachting, gewelddaden en mishandelingen toe te laten! Dit gebeurde in maart, tijdens de vastentijd, in het vierde jaar van Cyrillus' episcopaat, onder het tiende consulaat van Honorius en het zesde van Theodosius [dat wil zeggen 415 n.Chr.].

Tijdsomstandigheden

Hypatia werd het slachtoffer van een hevige machtsstrijd tussen het stervende heidendom, waar allerlei Goden vreedzaam naast elkaar werden vereerd, en het nieuwe, fundamentalistische Christendom.

In 391 n.Chr. had de patriarch Theophilus van Alexandrië de vernietiging van alle heidense tempels verordonneerd, zoals een decreet van keizer Theodosius I verlangde. Mogelijkerwijs is bij deze vernietigingsactie ook het Museion als tempel van de Muzen geslachtofferd. Dit lot overkwam in ieder geval het Serapeum — tempel en filiaal van de grote bibliotheek.

Besluit

Hypatia heeft de teloorgang van de bibliotheek van Alexandrië van dichtbij meegemaakt.

De latere bisschop Synesius van Cyrene beklaagt zich in een brief aan Hypatia (nr. 154) over de christelijke ijveraars: “Hun filosofie bestaat uit de simpele formule steeds god als getuige aan te roepen, zoals Plato deed, wanneer ze iets beweren of bestrijden. Elke schim zou deze lieden overtreffen, als hij zich over iets zou uitlaten. Maar hun aanmatiging is enorm.”

In deze brief deelt hij bovendien aan Hypatia mee, dat deze mensen hem aangeklaagd hebben, omdat hij niet-toegestane kopieën van boeken in zijn bibliotheek zou verbergen. Blijkbaar werden in die tijd de bestanden van de bibliotheek bewerkt om ze in overeenstemming met het christelijke dogma te brengen.

23. sep, 2013

De eerste vrouwelijke wis- en natuurkundige

Wij blijven even bij het idee van de verwoeste bibliotheken.

We hadden het vorige week over de verwoeste bibliotheek van Leuven, wat me tot de teloorgang van de bibliotheek van Alexandrië brengt.  

Die is ergens in de zesde of zevende eeuw om onduidelijke redenen verwoest. Veel is daar blijkbaar met zekerheid niet geweten. Vast staat dat het de grootste en meest vermaarde bibliotheek van de oudheid was.

Op de wip de vierde en de vijfde eeuw

Door daar over te lezen, heb ik het bestaan vernomen van de laatste grote geleerde die in de bibliotheek werkte.

Zij heette Hypatia, en was niet alleen wiskundige, maar sterrenkundige, natuurkundige en hoofd van de neo-platoonse filosofische school. Ze werd geboren in Alexandrië in het jaar 370, na Christus,. toen de Romeinen nog over Egypte heersten.

In de Romeinse tijd konden welgestelde vrouwen een hoge mate van onafhankelijkheid aan de dag leggen, maar om zich tot geleerde op te werken, dat lag toch niet zo voor de hand. Hypatia was heiden zoals dat heet, een product van de tamelijk tolerante Grieks-Romeinse of Helleense samenleving. Die stond onder druk van het oprukkende Christendom.

Omwenteling

Hypatia zal het in haar eigen levensloop hebben zien veranderen.

De godsdienst waar ze mee was opgegroeid, en die ooit staatsgodsdienst was geweest, werd nu het doelwit van vervolging.

Voor de Christenen was Hypatia dubbel verdacht: zij was een vrouw en geleerd. Wetenschap vonden de christenen maar heidens en niet in overeenstemming met de leer van de bijbel.

In 412 werd een nieuwe Patriarch van Alexandrië gekozen, de neef en opvolger van de overleden Theophilos, zowat de plaatselijke Paus.

Sinister

Cyrillus kwam aldus aan het hoofd van de  Alexandrijnse kerk te staan, op een moment dat het Christendom de overheersende geloofsovertuiging werd.

Hij was vastbesloten het heidendom uit te roeien, net zoals het Joodse geloof, die hij als ketterijen beschouwde.

Het is dezelfde Cyrillus die in zijn geschriften tekeer gaat tegen de Arianen, de Antiochiërs. Hij laat synagogen sluiten evenals de kerken van de Novatianen.

Deze brutale maatregelen brengen hem op ramkoers met Orestes, de Romeinse prefect van Egypte, die zelf ook Christen is, maar toch gesteld op recht en orde, en een goede verstandhouding in de samenleving.

Het komt tot pogroms en andere bloederige scènes, waaronder de afslachting van Hypatia, die gelyncht werd, mag je wel zeggen en in een kerk gestenigd. Daarover morgen wellicht meer.

22. sep, 2013

Louvain la veuve

Ook de bibliotheek moest er aan geloven.

De splitsing van de Leuvense Universiteit was een splijtzwam voor het hele land.

Ik was twaalf jaar oud in 1968, het jaar ook van de Parijse Mai ’68.

De algemene onrust die heel Europa besmette, uitte zich in ons land omtrent een zeer lokaal thema. De Vlamingen waren het beu dat er in een Leuven een tweetalige universiteit bestond, waar de Franstaligen de plak zwaaiden.

Leuven Vlaams! zou een strijdkreet worden, die tot op vandaag bij Franstalige Belgen voor acute netelkoorts zorgt. Ik denk dat ze niet begrepen waarom dit alles zo nodig moest. Waarom mocht dat nu niet, een tweetalige Universiteit in Vlaanderen. Het was toch een eerbiedwaardige Belgische instelling? De bisschoppen namen een totaal verkeerde bocht door de splitsing af te keuren of te verbieden.

Privaat belang

Want Leuven was een katholieke instelling.

Het ging in wezen om een privé probleem, maar toch werd het een nationale kwestie waarover regeringen struikelden. Er kwamen betogingen en rellen. Met name de regering Vandenboeynants is gestruikeld over de kwestie. Dat was een kleurrijke figuur die op de televisie kwam waarschuwen tegen agitatoren om aldus door verbale kunsttoeren de onlusten te bedwingen. Wat niet lukte.

Hoe dan ook werd beslist de universiteit te splitsen, waar ik zes jaar later mijn studies zou aanvangen.

Gespleten en gesplitst

Toen ik er in 1974 aankwam was de UCL bijna volledig verhuisd.

De letters staan voor Université Catholique de Louvain. Dat was de Franstalige spruit, die weg moest uit Vlaanderen.

Er bleven de eerste jaren nog een paar faculteiten over, maar Leuven is in ijltempo volledig vervlaamst toen ik er weg ging. De Katholieke Universiteit Leuven (KUL) zou zich de komende jaren sterk uitbouwen.

Je zou denken dat door het vertrek van de Franstaligen veel ruimte was vrijgekomen, maar elke (Vlaamse) faculteit kwam met nieuwbouw om aan de toegenomen noden te voldoen.

Bib

In de nasleep van de gebeurtenissen kwam het nog een twist tussen de twee taalgemeenschappen, omtrent de verdeling van de bibliotheek. De Franstaligen wilden niet vertrekken zonder de helft van de bibliotheek mee te nemen, wat je een rechtvaardige eis kunt noemen.

Na veel vijven en zessen en nachtelijke vergaderingen is toen besloten de boeken met een even nummer aan de Vlamingen en die met een oneven cijfer achteraan aan de Franstaligen te geven. Of omgekeerd, daar wil ik van af zijn. Hier en daar ging een eenzame stem op om deze cultuurbarbarij aan te klagen. Het is een originele manier om een internationaal vermaarde bibliotheek te halveren, op een manier dat er maar twee kwart van overblijft.

Het Vlaamse Leuven werd door de Franstaligen spottend Louvain-la-Veuve genoemd, Leuven de Weduwe. In tegenstelling met Louvain-la-Neuve, het nieuwe Leuven. Het is dus een woordspeling op een letter verschil.

21. sep, 2013

Universiteitsbibliotheek

De Universiteit van Leuven is heel oud.

De Leuvense Universiteit werd opgericht bij pauselijke bul van 9 december 1425. Nog even en de eerbiedwaardige instelling bestaat 600 jaar. Dit zal ongetwijfeld gevierd worden.

In Leuven heb ik de zeven jaar van mijn studietijd doorgebracht. Het is mijn Alma Mater mag je wel zeggen. Dat betekent letterlijk de zoogmoeder, waar we de gelegenheid kregen kennis, geleerdheid en wetenschap in wisselende proporties op te nemen. Ik heb er veel goede herinneringen aan.

Marforio kent dat ‘Alma Mater gevoel’ heel goed, zo laat hij weten. Hij heeft heel wat gestudeerd aan verschillende universiteiten, maar heeft het toch het meest in Amsterdam. Daar is het sentiment het sterkste. ‘Een van de verschijningsvormen is een gevoel van grote verjonging zodra ik in de stad aankom,’ zo schrijft hij.

Kot

Van 1974 tot 1981 verbleef ik op kamers in Leuven.

Op kot heet dat bij ons. Toch zes jaar van mijn leven, want er was ook dat jaar dat ik in Afrika doorbracht op stage in Congo. Toen heette dat nog Zaïre, onder Moboetoe. Maar zelfs daar verkeerde ik in een Leuvense instelling. Dat was zeer eigenaardig. Dat daar nog gebieden waren waar nog Belgische toestanden  bestonden in 1979-80, na twintig jaar onafhankelijkheid. Ik moet het daar eens een andere keer over hebben.

Leuven dus. Op de foto is de toren van de universiteitsbibliotheek te zien. Het is zowat het enige beetje toren dat er is. Leuven is geen torenstad en de hoogste toren is die van de universiteitsbibliotheek. Opgericht dankzij Amerikaanse hulpfondsen tijdens de herstelperiode na de Eerste Wereldoorlog.

Boeken

Om nog eens met Marforio te spreken;

“Bij de naam Leuven moet ik altijd denken aan het verhaal over de bibliotheek, een van de oudste en eerbiedwaardigste ter wereld, die door de Teutonen aan flinters werd geschoten. Hoe de bibliothecaris ter plekke bijna stierf van verdriet. Sinds ik dat verhaal ken ben ik extra ontdaan over barbarendaden, zoals die onder het mom van religie ook in deze tijd nog plaatsvinden. Wat er alleen al aan oeroude moskeeën en kerken wederzijds wordt opgeblazen is huiveringwekkend.”

Vooruitzicht

Ik zou het de volgende dagen nog wel eens willen hebben over bibliotheken. Er waren trouwens vele bibliotheken in Leuven. Elke faculteit had haar bibliotheek. De geneeskundige of ‘biomedische’ bibliotheek was destijds gevestigd in de Minderbroeders Straat en was zeker niet de minste.

Maar er was ook een centrale Universiteitsbibliotheek aan het Ladeuzeplein. Daar wil ik op terug komen.