Dagboek Mei

31. mei, 2013

Opgeheven

We zien de sluier maar niet de vrouw die eronder zit.

Dat is heel vaak het geval met al die sluierdebatten waar in de jongste gemeenteraadszitting het sluierverbod in de openbare dienst bij stemming is opgeheven.

Het Gentse Sluierverbod

Je mocht de voorbije zes jaar geen uitwendige tekenen van religieus toebehoren dragen. Geen sluiers, geen keppeltjes. Niet dat daar ooit problemen mee zijn geweest, maar de vorige gemeenteraad vond dat het niet mocht en dus werd dat toen zo gestemd en nu weer zus.

Het verbod heeft zes jaar stand gehouden en het houdt nu op te bestaan. Ik ben daarover eigenlijk wel in mijn nopjes, want ik vind het sluierverbod maar niets, want het leidt naar sluierjacht.

Mijn dochter draagt geen sluier en dat is haar goed recht. Als er iets is waar niemand iets over te zeggen heeft dan is het wat een vrouw op haar kop zet. Je kunt daar veel over vertellen maar niets over zeggen, in de zin dat je het niet kunt verbieden. Laat vrouwen maar doen met hun hoofddeksels, ook als anderen daar een religieus symbool in ontwaren.

Vrijheid

Het geldt ook voor mannen natuurlijk, dat spreekt vanzelf en daar gaat het niet om. Wel dat je mag aantrekken wat je wilt. Van hoofddeksel tot schoenen en alles  wat er tussen zit. Het is een gevolg van de vrije meningsuiting die in de grondwet verankerd is. Niemand mag vervolgd worden omwille van pakweg religieuze overtuiging of seksuele geaardheid. Laten we die twee maar eens even op hetzelfde niveau zetten.

Ik verzorg vaak gesluierde vrouwen, in min of meerdere mate verhuld door de gekozen gewaden, want daar zijn nog veel gradaties in te onderscheiden, en ik kan veel afleiden uit de manier waarop die vrouw haar sluier draagt, zeker als je hen beter leert kennen.

De sluier bedekt je niet alleen, maar vertelt iets over je.

Dan ontdek je dat daar gewoon een gewone vrouw onder zit, met mogelijkheden en verzuchtingen, en in ons vak met vaak een heleboel leed, die niet meer of niet minder worden omdat er een sluier omheen hangt.

Het is net hetzelfde. Ik heb er geen last van en als zij zich daar beter bij voelt, dan kan ze haar sluier dragen waar en wanneer ze wil. En in de mate dat zij dat wil. Ik zie daar vooral een uiting van bescheidenheid in, die de Islam inderdaad wel aanraadt aan de Moslimvrouwen. Maar het is niet omdat je een sluier draagt dat je moslima bent. Ook niet-moslim vrouwen kunnen de sluier dragen. Het zegt in de ogen van de moslims niet dat je gelovig bent, maar vooral dat je kuis door het leven wilt gaan.

Besluit

De sluier, in mijn ogen, zegt niet ‘ik ben Moslima,’ maar wel: ‘Ik ben geen man aan het zoeken.’ De vrouw bedekt zich buiten haar eigen huis met de sluier omdat ze haar pracht niet aan de mannen wil tonen. Dat is de voorwaarde om buiten te komen.

Foto: De moedermaagd wordt standvastig met een sluier afgebeeld.

30. mei, 2013

In de diabeteszorg

Patiënten die diabetes hebben wordt het leven in dit land sinds een jaar moeilijk gemaakt.

Aan de ene kant is er de afgelopen jaren een grote technische vooruitgang geboekt, bijvoorbeeld in de middelen die er zijn om het suikergehalte voortdurend te meten en bij te sturen. Dat vergt heel wat prikken, en een voortdurende oplettendheid vanwege de patiënt die dat elke dag allemaal maar even moet doen.

Suikerziekte is een management geworden, en de patiënt dient zich tot manager te ontpoppen. Niet iedereen is daartoe in staat.

Tweede lijn

Daar komt nu bij dat de wetgeving in België een jaar geleden nog een stuk complexer gemaakt en nu pas krijgen we zicht op de gevolgen.

Wat Brussel betreft zijn de diabetespatiënt in kudden naar de gespecialiseerde diensten van de ziekenhuizen gedreven. Zeg maar dag met het handje, aan de eerstelijnsgezondheidszorg.

Je moet minstens een aantal keren per jaar raadplegen en er wordt gekeken of je het goed doet, en als dat niet het geval is, en dat blijkt uit de cijfers dan krijg je straf, die erin bestaat dat je het recht op terugbetaling kunt verliezen voor je broodnodige insuline en voor je teststrips.

Ik ken geen voorbeeld van een andere ziekte waar dergelijke draconische maatregelen zijn genomen, waarbij de patiënt op de vingers getikt kan worden als hij bepaalde waarden niet haalt. Als je om een of andere reden uit het systeem valt, en het aantal redenen is veelvoudig toegenomen, dan moet je maar zien dat je het redt. Ik vind dat bijzonder grof.

Afstand

De huisarts staat de keuze: ofwel om buitenspel te staan, ofwel om mee te doen met de beweging en er zich volop in te gooien. Het vergt heel wat kennis en administratie en zo evident is dat niet, zodat het in de praktijk weggelegd is voor de grotere collectieve structuren, waarin verschillende artsen samenwerken.

Ik werk toevallig in een buurt waar veel analfabetisme heerst, en in een praktijk waar veel psychiatrische patiënten raadplegen. Voor hen is dat allemaal best moeilijk. Voor de zwaksten onder hen is deze vorm van wetgeven en reguleren in de gezondheidszorg nefast voor de toegankelijkheid van de zorg, omdat ze met steeds meer obstakels en hinderpalen geconfronteerd worden.

Besluit

Ik word er een beetje moedeloos van, deze manier van reguleren, met een stok achter de deur. Ik kan het alleen maar betreuren.

Op de foto: moderne koepelkerk in Siracusa, Sicilië

29. mei, 2013

Entre confrères

Vanavond woonde ik een vergadering bij, die ik al bijna twintig jaar elke vierde dinsdag van de maand bijwoon in het Frans in Brussel.

Het gaat om een groep van voornamelijk huisartsen, die zo op gezette tijdstippen met elkaar kunnen praten, over ervaringen in de opvang van middelengebruik, en de omgang met gebruikers in de dagelijkse eerstelijnsgezondheidszorg.

Het is niet te geloven dat het  twintig jaar geleden is dat ik begon met methadonverstrekking aan heroïneverslaafden. Toch is dat zo. Het was vandaag evaluatie en dan komt dit soort inschattingen te berde.

Cohorte

Ik heb de indruk dat de patiënten samen met mij oud worden. Er komen weinig of geen jongeren bij. Ik ben de behoeder van een verouderende en uitdunnende populatie methadongebruikers. De meesten zijn verslaafd geraakt in de jaren tachtig en in de zorg terecht gekomen in de jaren negentig.

Ik moet eerlijk zeggen dat het een van de belangrijkste beslissingen in mijn leven was, dat werk te gaan doen, omdat het een wereld opende die voordien gesloten was gebleven. Het is pas als je open staat voor het levensleed van vele van deze mensen dat je de tragiek van de verslaving kunt proberen te begrijpen.

Sommigen zijn zo diep gekwetst of beschadigd dat ze niet meer zonder hun middel kunnen. Wie zijn wij om daarover te oordelen? Als de huisartsen en apothekers dan in staat zijn het juiste middel bij de juiste persoon te krijgen, en dat middel is schoon, steriel, puur, gecontroleerd, en altijd beschikbaar voor een meer dan redelijke prijs per afgemeten dosis, dan moeten we dat vooral niet te moeilijk maken. Gewoon doen.

Emancipatie

De zorg moet de zorgvrager tegemoet komen in zijn behoefte aan zelfontplooiing, waarvoor een zekere controle van de omgeving nodig is.  Vaak moet eerst voor die controle gezorgd worden, waarna de zelfontplooiing als vanzelf zal plaatsgrijpen.

Voor verslaafde middelengebruikers is het feit dat ze over methadon kunnen beschikken een goede manier om meer controle over hun omgeving te krijgen. Door hen dit middel uit te reiken stellen we hen staat hun eigen gedrag en bijgevolg hun leven weer op de sporen te krijgen.

Besluit

Ik heb in dit kader veel wonderbaarlijke en waardevolle mensen, naast een aantal zeer gewone leren kennen. Slechte mensen zitten daar niet tussen, tenminste in de groep die blijft komen. Mensen met wie ik niet om kan zullen, dat wel voelen zeker? Ik schrijf dat expres zo op omdat er toch nog veel vooroordelen heersen omtrent ‘junkies’ en hun onberekenbaar gedrag. “Ze moeten er maar mee stoppen.” Ja zo eenvoudig is het niet.

Deze mensen hebben recht op zorg zoals iedereen die te kampen heeft met een aandoening.

28. mei, 2013

Van de stomme

Ik ben de stem die geen stem geeft aan wat al reeds stem heeft maar die op de een pijnlijk zwijgen het wonderbeeld van een woord legt.

Nog maar een citaat van Lucebert en daarna stop ik er mee. Het geeft op een curieuze wijze iets weer van de zin van het schrijven. Proberen het wonderbeeld van een woord te leggen op een pijnlijk zwijgen. Treffender kun je dat niet verwoorden.

Dat is nu net de reden waarom ik schrijf, denk ik dan. Niet altijd en niet de hele tijd, maar af en toe is het dat, wat er allemaal kleur en zin aan geeft. Niet dat dit elke dag lukt, of dat het de hele tijd van dat moet zijn, maar af en toe moet je er toch een keer in slagen een tip  van de sluier op te lichten van een waarheid die te lang verborgen is gebleven, of een woord te  vinden dat een verschil maakt in de barre omstandigheden van de struggle for life.

Zingeving

Oog in oog met een barbaarse dagelijkse realiteit, ondanks al de goorheid en de absurditeit, is het aan ons om onze dag zin te geven, elke dag weer, door voor elkaar en onszelf te zorgen, en de literatuur kan daarbij helpen. Net zoals de muziek trouwens of de andere kunsten. Maakt niet uit, alleen dat ik een bijzondere band heb met de literatuur, omdat het in mijn eigen leven zoveel verschil heeft gemaakt, en nog steeds doet.

Ook al omdat ik zelf niets anders kan op artistiek gebied dan alleen woorden aan elkaar rijgen. Ik heb maar dat expressiemiddel. Dat is het enige wat ik aan de realiteit kan toevoegen, nu even los van mijn beroepsbezigheid.

Drang

Voor het schrijven is geen andere reden te vinden dan alleen een innerlijke drang om het te doen. Niemand heeft erom gevraagd en niemand betaalt er me voor. Het is geheel vrijblijvend, gratis voor niets. Het is mijn vijf cent. Ik kan mijn geschriften met eigen middelen openbaar maken en daarmee is de kous af.

Dus doe ik het ook. Elke dag een stukje schrijven. Het is de enige manier om er een fractie van over te houden, van alle uitdagingen die een dag oplevert. Anders blijf ik maar lopen met het gevoel dat ik er niets mee gedaan heb. Er komt elke dag wel iets opzetten dat de aandacht opeist en waar je niet klaar mee bent, en dat dan door blijft werken. Dat zijn vaak de dingen waar ik in nachtelijke dichtersbestaan op terug kom en zo is er aan stof nooit gebrek.

Besluit

De zin van het bestaan ligt in de zorg die we anderen kunnen geven, maar we mogen daarbij onszelf niet vergeten.

27. mei, 2013

Uit het Evangelie

Volgens Johannes 21, 18 (Jezus zei:)

“Waarachtig, Ik verzeker je: toen je jong was deed je zelf je gordel om en ging je waarheen je wilde, maar wanneer je oud wordt zal een ander je handen grijpen, je je gordel omdoen en je brengen waar je niet naartoe wilt.”

Ja, sorry. We zijn gisteren ook al begonnen met een Bijbelcitaat en nu doen we dat met een vers uit het Johannes Evangelie. We leven in vreemde tijden waarin je het gevoel krijgt, dat je niet meer uit de heilige schrift mag citeren zonder je te excuseren of verantwoorden. Dat ga ik niet doen. Laat ik er maar op houden dat het literair werelderfgoed is, dat iedereen toebehoort, een oerbron van wijsheid die we teveel overlaten aan kerels in een rare jurk.

Blijdschap

Binnen de kosmos van de openbaringsgeschriften neemt het evangelie toch nog altijd een aparte plaats in, en voor mijn part is dat de voornaamste plaats.

Letterlijk betekent het evangelie trouwens blijde boodschap. Of ook de echte waarheid. Om het even want de blijde boodschap berust op de echte waarheid, wat mij betreft dan toch. Het een kan niet zonder het ander. Dat hangt niet af van wat een of andere ongekamde oude sok staat te roepen.

Ik denk dat ook ongelovigen de tekst kunnen lezen en erdoor gegrepen worden. Je hoeft er geen godsbewijs in te zien. Jezus zegt hier iets heel zinnigs dat nu even niet met godsdienst te maken heeft, maar met het verloop van het menselijke leven. Ik voel me daardoor des te meer aangesproken omdat ik stilaan de leeftijd nader waarop iemand mij de gordel zal omdoen.

Vandaag is dat nog niet zo, maar het zal op een dag zover zijn en die dag is niet langer onafzienbaar ver weg.

Boodschap

Dat maakt de overblijvende tijd natuurlijk extra kostbaar. Niet dat er nog zoveel te kiezen valt. Ik kan niets beter wensen dan meer  van hetzelfde. Dat het geluk nog een poos zou mogen duren. Nog vele jaren voort mogen doen, al zijn ze wel geteld. Met des te meer overtuiging, juist daarom.

De blijde boodschap is dat we van de aarde en de wezens die er op wonen, mogen houden en hen graag zien. Ik vermijd hier bewust worden zoals schepselen en schepping, maar daar gaat het toch wel over. Dat niemand ons de illusie moet proberen te ontnemen dat dit leven zin heeft, omdat het zulke mooie momenten oplevert, van een pracht die alle narigheid in de schaduw stelt.

Wie daar de Voorzienigheid in wil zien, zoals ik, kan daar bijkomende kracht uit putten om de goede werken verder te zetten.

Besluit

We kunnen het evangelie ook met hedendaagse ogen lezen en er kennis en zingeving uit putten. Daarom zijn we nog niet verplicht in discussies over de godsdienst te vervallen.