Blog Winter 2017

31. mrt, 2017

Wegkijken

Ook in het oudheidkundige museum van Athene kijkt Hadrianus naar Antinoüs, zoals uit de foto mag blijken. Maar deze laatste kijkt niet terug. Hij kijkt weg en naar beneden. Antinoüs kijkt niet, maar hij wordt bekeken. We zien Antinoüs dan ook in hoge mate door de ogen van de keizer, die om te beginnen al flink ouder was, met een leeftijdsverschil van zowat 34 jaar.

Hadrianus was 54, Antinoös amper twintig toen deze laatste stierf. Vervuld van rouw en wellicht van wroeging, vond de Keizer – zelf een God, volgens de begrippen van die dagen – er niet beter op, dan van Antinoüs ook een hele God van te maken. Daarom dat er ook zo veel beelden zijn gehouwen, want die moesten dienen om de cultus te verspreiden.

Zowat alle koppen die we vandaag hebben, tonen ons een Antinoüs die schuin naar beneden kijkt. Dat kan dus geen toeval zijn. Is dit een esthetische keuze geweest, om de verleidelijkheid van de knaap uit te laten komen? De argeloosheid waarmee hij zich aan de blik toont?

Of is het een psychologische keuze? Het bekeken worden, zonder terug te kijken. Geliefd om zijn perfecte schoonheid. Een wezen om verliefd op te worden, maar zelf bezeten door het idee van de vergankelijkheid, aangezien hij nu op zijn hoogtepunt was, aangezien de lichamelijke schoonheid met de tijd alleen maar kon verminderen.

Het is wellicht een unicum in de wereldgeschiedenis, dat een heerser van zo’n uitgestrekt rijk, een eredienst instelt voor een jongeman die op twintigjarige leeftijd ongelukkig overleed. Ongeluk, zelfdoding, moord of geofferd? Het feit zelf wekte opschudding in die dagen en gaf van bij het begin aanleiding tot veel speculaties.

Yourcenar kiest resoluut voor het meest romantische scenario: Antinoüs offert zichzelf op uit liefde, om een profetie te vervullen, maar doet dit toch gedreven door wanhoop, omdat hij weet dat het alleen maar achteruit kan gaan. Door uit het leven te stappen, legt hij die lichamelijke schoonheid vast, zodat ze niet meer aangetast kan worden in de herinnering van de man van wie hij hield.  Op die manier weet hij Hadrianus eeuwig aan zich te binden.

Die zal nog acht jaar leven en door middel van het beeldhouwwerk op een bijna sacrale manier de afwezigheid van de gestorven geliefde in te vullen.

30. mrt, 2017

Oudheidkundig Museum van Athene: Hadrianus en Antinoüs. Hadrianus kijkt naar Antinoüs, maar hij kijkt naar beneden, zoals hij meestal doet, in de beelden die we kennen.

29. mrt, 2017

Gloria mundi

We kennen het verhaal onder meer van Les Mémoires d’Hadrien, van de onvolprezen Marguerite Yourcenar. (1903-1987). Een heel mooi boek dat ook vertaald is als Hadrianus’ Gedenkschriften, voor 10 € te koop op bol.com heb ik gezien.

Het boek verscheen in 1951. Het is de oude keizer zelf die afgetakeld op zijn sterfbed zijn leven overschouwt, in deze gefingeerde autobiografie van een staatsman, die aan het roer stond van de rijkste machtstaat in het Westen, en die zelf een ontwikkelde mens was, belezen en nieuwsgierig. Terecht wordt hij geprezen om zijn rust brengende vredespolitiek en zijn doeltreffende administratie.

Hij was ook een cultuurmens, die streefde naar een renaissance van de Griekse cultuur. Wat Yourcenar probeert te doen, en waar ze ook in slaagt is de gedachtegang van die complexe persoonlijkheid te doorgronden en de reconstrueren, tegen het historische canvas dat zijdelings aan bod komt. De schrijfster was als eerste vrouw ooit lid van de Academie Française en verwierf de Erasmusprijs 1983.

We kennen Hadrianus ook van zijn kop, want hij is in verschillende oudheidmusea te vinden, pakweg in Rome of Athene, Berlijn, Parijs of Londen. Meestal staat hij dan in de buurt van een beeld van Antinoüs, want daar zijn er ook veel van gemaakt en overgebleven. Dat was onderdeel van de keizerlijke propaganda, die er onder meer in bestond dat overal in het rijk beelden van de keizer en zijn geliefde werden neergezet.

In de meeste musea kijken Hadrianus en Antinoüs nu nog altijd naar elkaar. Het zijn twee mannen die bijna twintig eeuwen na datum nog altijd naar elkaar kijken. Dat vind ik daar zo sterk aan. Die blik, hoe Antinoös en Hadrianus als marmeren beelden naar elkaar kijken, geeft te denken hoe ze toen naar elkaar moeten hebben gekeken.

Zolang Hadrianus leefde waren ze beiden vergoddelijkt, de ene bij leven, de andere na zijn dood. De Antinoüs cultus doofde uit toen de Keizer stierf. Het was de liefdeswaan van een man, die in de dood zijn meerdere moet erkennen, bij al de onmetelijke macht die zijn positie hem gaf.

Zo gaat de glorie van de wereld voorbij.

28. mrt, 2017
www.villa-adriana.net

Dit is privé-initiatief mag ik vermoeden, maar het helpt ons meer vooruit dan de officiële site van de Villa Adriana eergisteren.
Wel in het Italiaans natuurlijk. Je steekt er altijd wat van op.


http://www.villa-adriana.net/

27. mrt, 2017

En verval

Een van de meest magische plekken op aarde, wat mij betreft, is de Villa Hadriana nabij Tivoli, in het Italiaans zonder h de Villa Adriana. Het is nu de naam voor wat eens de uitgestrekte keizerlijke residentie was, die de Romeinse keizer Hadrianus (76-138) tussen het jaar onzes heren 126 en 134 voor zichzelf liet aanleggen. Dat is ruim vijf eeuwen voor Mohamed.

Het gebied is nu beschermd en bevindt zich vier kilometer ten zuidwesten van het Latijnse stadje Tibur, het huidige Tivoli, zowat 30 km van Rome. Het is tamelijk uitgestrekt: het domein heeft een omtrek van 5 km en een oppervlakte van ongeveer 120 ha.

Wat er nu nog staat zijn de ruïnes van wat ooit een prachtig complex moet zijn geweest, dat alles bevatte waar een mens kon van dromen. Een weelderig paleis dat zijn weerga niet kent, omgeven door thermen – baden – voor de verschillende klassen, scholen en bibliotheken, theaters, een zwembad, banketzalen, noem maar op. Met een menigte huispersoneel zoals mag blijken uit de personeelsvertrekken en de ondergrondse gangen die wellicht voor de slaven en dienaars waren bedoeld.

Er stonden tempels en altaren, een sportstadion, en een kunstgalerie. De uitgestrekte tuinen puilden van de kunstwerken, kunstmatige grotten, de dierenverblijven, een wildpark, en een vijver, pleinen met fonteinen, watervallen, visbekkens. Teveel om op te noemen, als we wikipedia mogen geloven, waar we deze mosterd haalden.

Wellicht het meest luxueuze verblijf ooit, dat slechts een man diende: de keizer van Rome. Hadrianus, wellicht de grootste keizer van allemaal, toen het antieke Rome zijn hoogtepunt beleefde, want niet veel later zou het bergaf gaan. Hier, in zijn eigen residentie, die hij zelf bedacht en gebouwd heeft, stelt hij niet alleen zijn rijkdom en zijn macht, maar ook zijn kennis, zijn inzicht en zijn cultuur tentoon.

Wat ervan overblijft prikkelt de verbeelding, en het is of je de oude Romeinen door de gangen ziet lopen. Dat is daar voor mij zo betoverend en magisch aan. Zeker als je weet dat deze keizer Hadrianus een stel vormt met Antinoüs, ook nadat deze beeldschone knaap op jonge leeftijd jammerlijk overleed. We zullen het er nog over hebben.