Van Molenbeek naar Anderlecht
Zang en pianospel: Chris Coolsma
Het zeekanaal loopt regelrecht
Van Molenbeek naar Anderlecht
Het is voor een getrainde loper
Niet ver vanaf Sint-Jan de doper
De leeggeroofde Toekomststraat
Koolmijnenkade, desolate
Resten van de industrie
Een puinhoop en een krot of drie
Wat vreemdelingen en migranten
Asielzoekers die lanterfanten
In toepassing van volkenrecht
Van Molenbeek naar Anderlecht
Van Anderlecht naar Molenbeek
De wind die naar het Noorden week
Het fonkelen van roerend water
En fluisteren van stroomgeklater
En in de kraag van de brugstijlen
Daar wou wat drijven en verwijlen
Een plastic fles was aangespoeld
Een kinderschoentje losgewoeld
Een sokje veeleer dat daar dreef
Een voetspoor in het water schreef.
Een bang vermoeden hield geen steek
Van Anderlecht naar Molenbeek.
Van Molenbeek naar Anderlecht,
De voettocht vergt een schoengevecht
Gezien de scheve tegelpaden
De glasscherven, de steile kaden
Neem nu het brokkelend cement
De roest, het hondenexcrement
Het water ligt horizontaal
En loodrecht staat lantaarnpaal
Hierover ligt het Klein Kasteeltje
De hele wereld in een beeldje
Waarom gaan we naar Anderlecht?
Want Molenbeek was ook niet slecht.
Van Anderlecht naar Molenbeek
Alsof je naar het Noorden keek
Een aak met op de stevenplecht
Een vrouwenboezem aangehecht
Voer in een rotvaart ons voorbij
De Marie-Ange, een harpij
Met in haar kielzog klotsgerucht
Voorbij met pluim vol diesellucht
Een groene Nissan op het dek
Met imperiaal en fietsenrek
Het maakt een mens geheel van streek
Van Anderlecht naar Molenbeek
In Molenbeek is het Gerecht
Een moordenaar uit Anderlecht
Door speurwerk op het spoor gekomen
Heeft hem in hechtenis genomen
Een griezelig sluipmoordverhaal
Een seriemoord met groot schandaal
Het pand van Pandy staat er nog
“Want Og, de Koning van Magog,”
De zelfverklaarde theoloog
Loste zijn prooien op in loog
Hij loog, maar was naar later bleek
De wurgengel van Molenbeek
De vaart buigt af in Anderlecht
In Molenbeek was hij nog recht
Daar wordt het water een stuk smaller
En dit lied wordt ook steeds maller
Bespoten schutting, kraakgebouw
De plannen op het weefgetouw
Vernietiging op grote schaal
Verwaarloosd oudstadsareaal
Ik heb mijn lenzen uitgedaan
En ben dan maar naar bed gegaan
Tableau vivant en levensecht
Mijn bril ligt nog in Anderlecht
Van Molenbeek naar Anderlecht
Het water spiegelt wolkendek
Het glanst en glinstert zinnelijk
Het fluistert, het krioelt en flonkert
Om beurt verduistert en verdonkert
En zingt een lied onpeilbaar diep
Van wateroppervlak dat riep
De koele onderstroom die lokt
Die adem in de luchtpijp stokt
Geflonker en dan donker goud
Forever young en eeuwig oud.
Van Anderlecht naar Molenbeek
Meest recente commentaren