13. nov, 2013

Verpakking

Inhoud

Elke menselijke communicatie is deels verhullend en onthullend.

Je kunt dat van de literatuur in het algemeen zeggen, en van poëzie in het bijzonder: elke tekst zal in wisselende mate verhullend of onthuld werken. Beide kwaliteiten komen steeds voor in een spanningsveld met elkaar, maar telkens in verschillende verhoudingen.

Als we onthullende gedichten nu die gedichten noemen, dewelke het voornamelijk van onthulling moeten hebben, en als we het alleen over geslaagde gedichten hebben, dan zijn dat eigenlijk de betere gedichten, in vergelijking met verhullende gedichten.

Onthulling

Het gaat ons dan voornamelijk over de onthulling van de ziel. Misschien moet niet elke ziel zich de hele tijd onthullen, maar het is toch in dit soort gedichten dat je de indruk hebt, in contact te treden me een andere mens.

Het komt tot een ontmoeting. Je kunt niet van elke ontmoeting in je leven zeggen dat je er wat aan hebt, maar elkaar ontmoeten is toch een grondwaarde  van het menselijk bestaan.

In zoverre dat de dichter zichzelf onthult in zijn gedicht, ontsluiert hij of zij ook ons, de lezer en opent hij een luikje in onze ziel. Dat is het mooie van elkaar ontmoeten.

Verhulling

Verhullende gedichten daarentegen hebben die emotionele draagwijdte niet. Vaak zijn ze vermoeiend, tenminste naar een verstokte contactzoeker zoals ik, die in de literatuur op zoek gaat naar zusterzielen. Voor hetzelfde geld heb je ook mensen met andere voorkeuren, die niets liever hebben dan literatuur die verhult en dat dan liefst op virtuoze, vernieuwende of verrassende wijze.

Verhullen is in zekere zin moeilijker dan onthullen, omdat het meer techniek vereist.

Het moeilijke van onthullen is de moed hebben zich te tonen, zich prijs te geven, en daarbij de juiste grenzen in acht te nemen. Dat is niet zozeer een technisch probleem, al is het er ook een van zelfbeheersing.

Op de keper beschouwd is die tegenstelling tussen ‘ver-’ en ‘ont-’ hullen, de kern niet alleen van elk dichterlijk spreken, maar van elke menselijke communicatie en dan, die tussen man en vrouw op de eerste plaats.

Affectie

Literatuur heeft iets van verleiding.

Je kleren uittrekken, dat kan iedereen, maar zich kunstvol aankleden, is helaas niet alle vrouwen gegeven. Een goed aangeklede vrouw of man is een lust voor het oog, en zo ook is een goed verwoord gedicht, waar elk woord op zijn gebeitelde plaats staat.

De dichter gunt ons een glimp van zijn innerlijk, en wij, de lezers, gunnen hem of haar een ogenblik van onze kostbare tijd, een stukje aandacht, een oogwenk waarin we al snel tot goedkeuring of afkeuring komen.

Doorgaans nemen we aan dat het ‘ik’ die spreekt in onthullende momenten consequent, eerlijk en waarachtig is, en tijdens de verhullende fase dan weer technisch overtuigend.