9. feb, 2013

Oratio mentalis

Het dieptegebed

In 1545 schreef de heilige Peter van Alcantara een verhandeling onder de titel "de oratione et meditatione." Het is de oudste tekst die voor quiëtistisch, maar dan avant la lettre, kan doorgaan. Hij was van grote invloed op de grote Spaanse mystici Teresa van Avila en Jan van het Kruis en de  Juan de la Cruz als ook Sint-Franciscus van Sales.

Volgens Sint-Pieter is het gebed het belangrijkste instrument van de ware vroomheid, maar dan wel gezien als een diep binnenwaarts geconcentreerde vorm van bidden die het hart raakt. Dat is het begin van de oratio mentalis in het Latijn, of Oraison mentale in het Frans.

Oraison mentale

Essentieel in deze vorm van bidden is dat jij je met je hele persoonlijkheid aan de leiding en de wil van God overgeeft, en loskomt van je eigen menselijke wil. De ziel zoekt te verwijlen in God en het dieptegebed voor te zetten tot zij de verfrissende aanwezigheid van de Goddelijke Genade gewaar wordt.  Het komt er op aan de genade zo lang als mogelijk is over zich heen te laten stromen en als een zegening te ervaren. Het is daarbij noodzakelijk dat het bewuste denkvertoog stopt zodat de ziel zich geheel op zichzelf kan concentreren.

Peter van Alcantara ziet in dat de ziel niet voortdurend op deze piek van contemplatie kan verblijven, wat wij in onze roman vertalen met Aanschouwing, in tegenstelling met de Beschouwing, die overeenkomt met meditatie bij Peter. Hij vindt dat je het beste contemplatie met meditatie kunt afwisselen.

Je kunt niet de hele tijd door de Aanschouwing opzoeken. Daarom zijn er ook perioden waarbij de beschouwing op zich voldoende moet zijn om de ziel op haar geestelijk pad te oefenen en te voeden.

Slotsom

De essentie van het leven in God is echter uiteindelijk toch de Aanschouwing en het woordeloze dieptegebed dat in ons hart plaatsvindt, waarbij de ziel zich overlevert aan de wil van God.

Het schilderij is van Giordano Bruno