9. nov, 2012

Wiet

Sinsemilla

Vanavond bijscholingsessie gehad van de werkgroep middelengebruik.

We doen dat vijf keer per jaar met een groepje huisarts en we nodigen meestal een spreker uit.

Dit keer was dat een psychiater en een psychiatrisch verpleegkundigen die het onder meer hadden over crisisinterventie en de opvang van cannabisgebruik.

Het is een verschijnsel dat voornamelijk jongeren treft, zoals blijkt uit de leeftijdsverdeling van de cliënten met een groot overwicht van adolescenten en jonge volwassenen van onder de dertig. Bij velen dooft het cannabisgebruik later stilaan uit en stelt het weinig problemen.

Sommigen gaan er langere tijd mee door, soms dagelijks en in een minderheid van de gevallen kun je van verslaving spreken.

Problemen

Het cannabisgebruik gaat vaak samen met gedragsproblemen, achteruitgang op school, conflicten in het gezin, en een onmeetbare hoeveelheid aan pijn en lijden. Daarmee is nog niet aangetoond dat het cannabisgebruik de oorzaak van dat alles is. Het is veeleer te beschouwen als een symptoom van een onderliggend lijden in die gevallen, en het is dat onderliggend lijden en niet het cannabisgebruik dat aangepakt zal moeten worden, willen we daar iets aan veranderen.

Er zijn verschillende psychotherapeutische benaderingen mogelijk. Het kan gaan om een individuele begeleiding waarbij de gebruikende jongere naar de  raadpleging komt, maar er bestaat ook een multidisciplinaire familiale aanpak waarbij een heel team zich inzet, gedurende een zestal maanden. Er wordt dan  met het hele gezin gewerkt, gedurende aparte en gezamenlijke sessies en zo nodig gaat de verpleegkundige ter plaatse, of op straat, of waar het ook is dat de jongere gevonden kan worden.

Het grote voordeel is, in vergelijking met de individuele therapie, dat er minder drop-outs zijn. De kans is kleiner dat de betrokkene niet meer komt opdagen en dat de behandeling daardoor voortijdig tot een einde komt.

Hoop

Voor gezinnen die met het probleem te kampen hebben is het duidelijk dat je niet bij de pakken neer moet zitten. Er is wat aan te doen, alleen is het in ons land wel zo dat deze vorm van zorg schaars is en daarom doorgaans overbelast. Het is niet zo gemakkelijk om aan de juiste hulp te komen. Maar het moet toch hoop geven dat er wel degelijk initiatieven bestaan die nieuwe wegen bewandelen en nieuwe perspectieven openen.