4. feb, 2017

Overeenkomst

Ontnuchterend

Nadat de xenofobie in 2016 weergaloze triomfen heeft gevierd, mogen wij ons de vraag stellen, hoe dat zo gekomen is en of er niets aan gedaan kon worden. Er is voor gewaarschuwd, maar nu blijkt, dat de vreemdelingenhaat zich daar niets van aantrekt. Redelijk redeneren noch overtuigen aan de hand van feiten en wetenschap brengt jammer genoeg zoden aan de dijk. Het is water op een eend. Het dringt niet door.

We kunnen allerlei slimme verklaringen bedenken en wij kunnen uitleggen hoe het allemaal moet, maar dat zal geen enkele invloed hebben op het springtij van het populisme, waar de islamfobie deel van uitmaakt, een geschiedkundig fenomeen, dat zich het afgelopen jaar heeft ontpopt tot een tsunami. Het eerste slachtoffer is de waarheid. De leugen lijkt het steeds meer te winnen.

De menselijke geschiedenis staat bol van haatgeweld, vaak in naam van hogere principes begaan. Ik zou gedacht hebben dat we er in de eenentwintigste eeuw vanaf waren, maar het gaat helemaal niet beter. Ik heb me dat nooit kunnen voorstellen dat de verlichting en de redelijkheid het onderspit zouden delven tegenover de collectieve achtervolgingswaan. Dat baart me zorgen en daarom mag ik het er graag eens over hebben.

Ik heb geen enkel probleem met iemand zoals jij, wiens oordeel ik hoog schat, en bij wie ik geen vooroordelen kan ontwaren, tenzij wellicht als het God betreft. Daarover mogen we beschaafd maar ferm van mening verschillen. Ik kan er in komen dat je het atheïstisch humanisme belijdt. Ik kan daar als moslim en christen humanist overal in mee gaan, en ik zal het in de praktijk meestal met je eens zijn, wat de praktische consequenties betreft,

Willen we allemaal niet hetzelfde? Niet in weerwil, maar net op grond van een godsdienstige overtuiging, die begrip voor de ander eist. Vertrekkende van een verschillend uitgangspunt kunnen we toch, ongeacht ons credo, de gulden regel, of nog de categorische imperatief van Kant erkennen. Gedraag u zoals iedereen zich zou moeten gedragen. Zelf zat Kant op de wip omtrent het godsgeloof, maar een atheïst was hij geloof ik niet.

Wie consequent in God gelooft moet erkennen dat we zijn raadsbesluit niet kunnen opeisen. We kunnen God niet kennen. We staan even ver als degenen die God ontkennen.