1. feb, 2013

Arme majesteit

Onstuitbaar struint de koningin der Nederlanden,
Langs afgevlagde hagen naar het meerstaketsel,
En komt daar monter aan zonder het minste letsel,
Haar hoed staat waterpas, de handschoen in de handen.

Een knaloranje hoed met breed uitstaande randen,
Haar aangezicht bedekt met een laagje blanketsel,
Geen haartje dat ontsnapt uit het gestrenge zetsel,
Zo maalt de koningin van Nederland haar tanden.

Maar ze ontbloot ze niet, want om ze te ontbloten
Behoeft ze raad van de minister-president.
Wat ze ook denken mag van al die idioten,

Ook als zij gans de grondwet uit haar kapsel kent,
Heeft zij de macht niet om haar mening door te stoten,
Iets dat de ziel van majesteit tot bloedens schendt.

Pasquino scheurkalender 30 april