29. jul, 2015

Onder gelijken

Intervisie

Bewust of onbewust, al om het even.

Wat we omtrent overdracht en tegenoverdracht van Freud hebben geleerd, is niet alleen van toepassing in de psychotherapie, maar ook in heel andere omstandigheden, bijvoorbeeld als je moet leiding geven in een organisatie, of als leraar in het onderwijs ten opzichte van de leerlingen. Een gezaghebbende positie bekleden brengt een verhoogde verantwoordelijkheid mee.

In omstandigheden waar de ene meer macht heeft dan de andere, moet degene met meer macht heel goed nadenken hoe die macht ingezet wordt.  Gaat het altijd en alleen om het heil en het welzijn van de patiënt, of gaat het ook om onze eigen ingesteldheden? Onze stokpaardjes? Voorkeuren die we hebben en die we zo evident vinden, dat we ze niet meer opmerken? Daar liggen de addertjes onder het gras.

Omzetting

Het onbewuste zit vaak in de evidentie verscholen. Daar zit de angel. Wij zien het niet, of niet meer, en juist daarom is het onbewust. We zijn verplicht om een stukje van dat onbewuste bewust te maken hetzij in de therapeutische arbeid, hetzij in de intervisie. Daar inzicht in krijgen werkt emanciperend en bevrijdend en daar is het hem om te doen. Dat is mijn ideaalbeeld van hoe het zou moeten zijn.

In de dagelijkse realiteit probeer je dat waar te maken, maar dat lukt niet altijd. Het loopt niet altijd op rolletjes in menig patiënten-leven. Er kunnen allerlei redenen zijn waarom we ons over dit of dag geval lopen op te winden.

Om die tegenoverdracht in de gaten te houden, en dat is deelnemen aan een intervisiegroep waar onderling ervaring uitgedeeld wordt. Ik heb dat al beschreven – maar ik weet niet meer wanneer – hoe dat in zijn werk gaat, zo een intervisie. We zitten gewoon in een kring om de tafel en er zit een psychologe bij. Meestal bespreken we een casus of twee per avond. Daar mag dan iedereen zijn mening over zeggen.

Betrokken

Zo twee uurtjes per maand op een collegiale manier van mening wisselen, is meegenomen om in geestelijke conditie te blijven en in geval van oplopende moeilijkheden ook een uitlaatklep te vinden.

De tegenoverdracht houdt ook betrokkenheid in en dat gaat niet zonder hechtingsgevoelens, wat bijvoorbeeld pijnlijk tastbaar kan worden, als het niet goed met iemand gaat, of in het extreme geval dat een hulpvrager zelfmoord heeft gepleegd. Om een van de moeilijkste ervaringen te noemen. Het toont in het extreme aan dat de tegenoverdracht niet vrijblijvend is maar naast deskundigheid ook emotioneel engagement vraagt.

Er kunnen allerlei redenen zijn waarom een therapeutische relatie tot een einde komt. Overlijden is wellicht de meest abrupte, maar er kunnen andere redenen zijn. Genezing is de meest gunstige. Ik denk dat ik dat al uiteengezet heb in mijn bijdragen omtrent de zorg voor middelengebruikers elders op de website. Of ook in het Engels en Frans trouwens.

Ik heb heel veel geleerd van de middelengebruikers wat de tegenoverdracht betreft,  en ik zal het daar wellicht morgen nog over hebben.