24. jul, 2015

Suggestie

Bernheim

Zorg op basis van pure verbale suggestie.

Ondanks de hevige rivaliteit tussen de twee, mochten zowel Charcot als Bernheim niemand minder dan Sigmund Freud onder hun studenten rekenden, en ze hadden beiden een diepgaande invloed op hem. De ontwikkeling van de psychoanalyse is niet denkbaar zonder de bijdrage van deze twee Franse neurologen.

Hippolyte Bernheim (Mulhouse, 17 April 1840 – Parijs, 22 Februari 1919) was een Franse arts en neuroloog, geboren in de Elzas. Hij wordt vooral herinnerd omwille van zijn beschrijving van de suggestie, aanvankelijk onder hypnose en later ook onafhankelijk ervan. Ook zonder de patiënt in hypnose te brengen kan de arts hem of haar diepgaand beïnvloeden.

Freud ontmoette Bernheim in 1889 en woonde een paar van zijn experimenten bij. Reeds voor die tijd had Freud een boek van Bernheim naar het Duits vertaald.

Beïnvloeding

Sigmund zou zich later herinneren, “getuige te zijn geweest van Bernheims verbazingwekkende experimenten op zijn ziekenhuispatiënten, en ik was diep onder de indruk van de mogelijkheid dat er krachtige mentale processen in onze geest aan het werk zijn, die desondanks verborgen zijn gebleven voor het menselijke bewustzijn.”

Door de klemtoon te verleggen van hypnose naar het gebruik van suggestie in wakkere toestand, legde Hippolyte de basis voor de psychotherapie, een term die voor het eerst in zijn omgeving opduikt. Hij was wellicht de grondlegger van de eerste psychotherapeutische school.

Dat de therapeut in staat is bij de patiënt een valse herinnering te induceren, heeft Bernheim in de jaren 1880 aangetoond.

Marie, een van zijn patiënten werd blootgesteld aan de suggestie dat zij getuige was geweest hoe een oude vrijgezel een jong meisje verkrachtte. Na de sessie gaf Bernheim haar nog mee, dat dit geen droom was geweest, ‘en ook geen visioen dat ik je tijdens de hypnotische slaap zou hebben ingeblazen, maar het is de waarheid zelf, en indien er een onderzoek komt naar deze misdaad, moet je de waarheid vertellen.’

Valse herinnering

Toen iemand anders drie dagen later haar de vraag stelde of ze iets van de gebeurtenis wist, was ze in staat alle details te vertellen, alsmede de namen van de slachtoffer en de dader, tot de plaats en het uur van het gebeuren toe. Bernheim zelf vroeg Marie voor de zekerheid of het niet een visioen geweest zoals hij tijdens de hypnotische slaap er wel eens in had gegeven, maar zij bleef rotsvast vasthouden aan de waarachtigheid van het verhaal en was zelfs bereid in de rechtbank onder ede deze verklaring te bevestigen.

Bernheim komt uit dit verhaal naar voren als een arts die als het ware met willoze patiënten zijn wil doet. Hij beschouwt het standpunt van de arts als onaantastbaar en hij gaat voorbij aan de verhoudingsfactoren die meespelen tussen de hypnotiseur en de gehypnotiseerde. Daar is terecht kritiek op gekomen.

Het is natuurlijk niet zo dat de inbreng van de arts alleen maar objectief is. Freud zal hier later klaarheid in scheppen, en een nieuw veld voor meer onderzoek en nadenken over de materie openen, wanneer hij zijn concept  van de overdracht en de tegenoverdracht ontwikkelt.