7. apr, 2015

Wroeging

De botte bijl

Raskolnikov kreeg last van zijn geweten en gaf zich aan.

Verdiende die woekeraarster echt niet beter wegens de smerige praktijken waarmee ze de armen uitzoog? Was zij een minderwaardig schepseln en is hij daartegenover echt die übermensch? Heeft hij dit zelf gewild of is er iets in hem gevaren? Is hij wellicht de speelbal van zijn eigen theorie geworden, die vervolgens de praktijk naar eigen hand gezet heeft?

Met name de theorie dat de natuur sommigen, zoals Napoleon Bonaparte, machtigt de medemens te doden zonder daarvoor gestraft te kunnen worden.

Of was dit het werk van een diepgewortelde maar verborgen gebleven geestafwijking, die door een koortsaanval opflakkerden met de bekende nare gevolgen? Er is natuurlijk een wereld van verschil tussen een roman over een student die een oude vrouw ombrengt. omdat hij haar misprijst, enerzijds, en anderzijds de moordfabrieken van het nazitijdperk. Wat telt is die ondervraging. Zijn wij niet zedelijk verplicht ons af te vragen wat daar verkeerd gelopen is?

Vertaling

We mogen ons toch niet tevreden stellen met oppervlakkige en gemakkelijke antwoorden.

Mooi is wel dat de titel van het boek van Dostojevski op twee manieren te vertalen is: ‘Misdaad en straf.’ Of “Schuld en boete.” Er is een verschil tussen de twee tegenstellingen. In het eerste geval lijkt het of we het standpunt van de buitenstaander innemen, die vanop afstand een proces waarneemt, waar een noodzakelijke volgorde in zit die niet omgekeerd kan worden. Het een leidt naar het ander. ‘Misdaad en straf’ komt over als iets dat van buitenaf wordt waargenomen, terwijl ‘Schuld en boete’ verwijst naar het inwendige ik van de dader.

In dit geval zitten we in de beleving van een gevoel, in een gemoed.

Raskolnikov gaat zich bij de politie aangeven. Hij wordt eerste niet geloofd, vervolgens toch gearresteerd en veroordeeld, tot een straf die hij uitzit met een gevoel van morele opluchting.

Volgorde

De verhaallijn van de roman volgt die logische opeenvolging van die leidt van de misdaad, en wat eraan voorafging, naar schuldgevoelens, en dan de straf, gevolgd door de boete, waarmee het nog niet afgelopen is, want er is hoop op verzoening, toch in de mate dat de straf, negen jaar, nog wel uit te zitten is.

Als de straf geboet is, is alles dan vergeven? Merk op dat in dit geval de schuldgevoelens voor de straf komen, en dat de straf een vorm van opluchting met zich mee brengt. De straf maakt de misdaad niet goed, maar geeft een welkome vergenoeging, dat het kwaad niet overal en altijd ongestraft blijft. Het is een vorm van genoegdoening. De schuld kan niet zonder de boete voor wie behept is met een ethisch besef, en we mochten hopen dat we dat allemaal zijn. Quod non.

 

 

Afbeelding: Pavel Orlenev in de rol van Raskolnikov