9. okt, 2017

Standvastig

Alles danst

Marijke hoeft maar uit haar raam te kijken om de rivier te zien, die je hier gerust een stroom mag noemen, waar zij woont. Het begint sfeer scheppend, een beetje zoals het weerbericht met optrekkende nevel en mist. Het einde vind ik daarentegen een beetje vreemd. Met puntje puntje… en aan de lijn en tabs en dan twee keer ‘naar zee.’

Zo klinkt het als een reeds gehoorde melopee. Ik zou dat niet doen. Dat spel met de typografie schept een theatraal effect, dat we niet nodig hebben om te scoren. Je kunt zoiets hoogstens een keer doen, maar je moet daar geen gewoonte van maken.

De rivier wordt middenin zintuiglijk voelbaar gemaakt in het effect van de trage boten die geuren loswoelen uit de koelte daar beneden. Het klotst zachtjes en het murmelt en het is allemaal van een grote vredigheid. Je hoort, ziet en ruikt de rivier, en je kunt hem of haar voelen.

De tweede helft van het gedicht gaat van ruimte naar tijd. Bij onveranderd standpunt wijzigt de tijd voortdurend de zintuiglijke gewaarwording, om te beginnen met het uitzicht, dat telkens anders is. Je ziet nooit twee keer hetzelfde plaatje, dat traag maar constant verandert  Het ziet het er nooit lang achter elkaar hetzelfde uit. Dat doet aan de oude Grieken denken.

Met name Heraclitus (circa 540-480 v.Chr.) Zo heet een van de eerste filosofen ooit, die zichzelf ook als wijsgeer waarnam, en wenste het leven van een filosoof avant la lettre te leiden. We zullen nooit twee keer in dezelfde rivier baden zegt hij, zoals  overgeleverd door Plato (427- 347 v.Chr.). Van Heraclitus zelf zijn ons geen geschriften bewaard gebleven. We kennen hem alleen maar omdat iemand anders het beschreven heeft.  

In  Cratylus (402a) vermeldt Plato hij de gedachte voor het eerst, en sprak hij van panta choorei: 'alles wijkt' Of uitgebreid: “Heraclitus zegt zo ongeveer dat alles wijkt en dat niets blijft. En als hij dat wat er is, vergelijkt met de stroom van een rivier, zegt hij dat je niet twee keer in dezelfde rivier kunt stappen.”

Het water dat voorbij stroomt is steeds anders, maar de bedding blijft dezelfde en het landschap eromheen verandert cyclisch met het daglicht, het weer en de seizoenen. Onder alles dat verandert, ligt toch ook iets dat altijd weer hetzelfde blijft, of tot hetzelfde wederkeert. Dat is het schone en het raadselachtige ervan. Standvastig wisselend. En nu naar Chris.