16. feb, 2014

Zelfverminking

Automutilatie

Zelfverwonding wordt het ook genoemd.

Het is een van de meest eigenaardige verschijnselen in de geestelijke gezondheidszorg, de hulpvragers met borderline persoonlijkheid, die zich zo slecht voelen, dat ze zichzelf gaan verwonden. Dat kan allerlei vormen aannemen. Jezelf verbranden bijvoorbeeld, met kaarsen, sigarettenpeuken of het fornuis. Of jezelf snijwonden toebrengen. Of ook jezelf uithongeren, en dat verwijst dan naar anorexia nervosa, of juist teveel eten en dan je vingers in de keel steken om het allemaal weer uit te kotsen.

Of jezelf de haren uittrekken zoals in het geval van de trichotillomanie. Bij sommige middelengebruikers, en dan denk ik meteen aan de spuiters, komt er ook een kant van zelfverminking en zelfkwelling bij kijken. Mensen die blijven roken of drinken, ondanks allerlei signalen dat het lichaam het niet verdraagt, daar gaat vaak een borderline persoonlijkheid onder schuil.

Oerpijn

Er zit vaak een verborgen maar krachtige emotie van woede of schuldgevoelens onder de zelfkwelling verscholen.  

Je bent boos op jezelf en je wilt zelf straffen. Of je bent boos op de moeder, of de vader, of de hele wereld. Door jezelf te kwellen krijg je tenminste het gevoel dat je de onderhuidse spanning, die zich deze hele tijd opbouwt, wat je ook onderneemt, op deze vreemde manier tot ontspanning kunt brengen.

Ik noem dat de innerlijke pijn, de bronsmart van de ziel, die deze mensen de hele tijd met zich meedragen. Ze hebben er minder last van als ze zich met iets kunnen bezighouden. Ik wijk hier even af van de negen kenmerken die ik aan het bespreken ben, omdat er me nog iets opgevallen is, dat er niet direct mee in verband staat

Contrarie

Het valt op dat deze persoonlijkheden goed gaan als alles zeer slecht  gaat, maar slecht gaan als alles goed gaat.

Bij de meeste mensen is het omgekeerd. Je voelt je slecht bij slecht nieuws, en goed bij goed. De borderline persoonlijkheid is echter vaak contrair ingesteld. Als alles slecht gaat, leven ze op en komen ze los van hun inwendige probleem, van innerlijke onrust, omdat problemen van buitenaf de aandacht opeisen. Maar niet zo gauw zijn de uitwendige moeilijkheden voorbij of daar komt de onrust van binnenuit weer op zetten. De ondraaglijke lichtheid van het bestaan zoals Sven dat altijd noemt. Dat er in de buitenwereld geen veld is waar je die innerlijke onrust kwijt kunt.

Sommigen vinden er niet beter op dan zichzelf te kwellen om tenminste het gevoel te hebben dat je nog leeft, en weer in de realiteit te komen vanuit een gevoel van onwerkelijkheid. Elke borderline hulpvrager zal dat anders invullen, en daar kom je pas geleidelijk achter, hoe het telkens weer in elkaar zit, maar er valt een mechanisme in te herkennen, dat ertoe leidt dat de borderline persoonlijkheid allerlei manieren vindt om zichzelf tekort te doen.

Therapeutische doelstelling

Het kan een overheersend patroon worden, en het goede nieuws is, dat daar in de therapie aan gewerkt kan worden. Het is voor hen vaak een aha-erlebnis dat ze wel iets kunnen, en dat ze wel iets waard zijn, en dat ze tenminste toch al in een ding kunnen slagen, en dat is in de therapie.

Het zal dan ook geboden zijn realistische doeleinden te stellen, die gehaald kunnen worden en niet de mislukking uit te lokken, door iets voor te nemen dat moeilijk realiseerbaar is. Dat is met name zo bij borderline persoonlijkheden die wegens middelengebruik raadplegen. Daar wordt strijk en zet met onhaalbare doelstellingen gewerkt, wat alleen maar op een nieuwe mislukking kan uitdraaien.