Zonnetje aan huis

Zonnetje aan huis

 

Of we nog eens langs de zonnetjes kunnen fietsen

roep je voor je uit in de plakkerige lucht van de zomeravond

Achter je fietst de ontvanger van je uitroep

Ze antwoordt ja

Je stopt met trappen om je scherpe bocht naar links te nemen

ZOEF!

 

De glittersliertjes aan de uiteinden aan de handvaten van je fiets wapperen vrolijk

Met je kleine hotdogbeentjes pedaal je hevig verder

Opzij opzij opzij –

maak plaats maak plaats maak plaats –

jullie hebben ongelooflijke haast!

 

Een zuchtje wind, waar je tegenin rijdt, blaast je haren naar achter

Een onzichtbare diadeem die de haarsprietjes uit je gezicht houdt

Maar enkel en alleen als je hard genoeg trapt

“Hier is het,” brul je

Je draait je hoofd naar rechts en moet wijzen met het kleine wipneusje dat je gezichtje siert, omdat je nog niet behendig genoeg bent om je hand van het stuur te doen en je wijsvinger te gebruiken

Op een handje van het stuur, zou dadelijk een lelijke val volgen

Dat heb je een tijdje geleden nogmaals aangetoond. Toen je met je blije snoet aangetrappeld kwam en vader zijn hand uitstak, zodat je hem vanop je fiets een high five kon geven

Daar lag je dan op je toeter niet veel later. Hevig brullend van de dikke tots op je hoof

(“Daarom dat je nog steeds zo vergeetachtig bent”)

Je moeder zal nu de zonnetjes ook aan het zoeken zijn

Ze zijn er nog niet, roept ze met een mamastem

Het verkeerde huis

Je trappelt verder

 

DAAR DAAR DAAR!

Naast de voordeur van een huis hangt er een stenen zonnetje

Een stenen, lachende zon die – ook al is ze grijs – lijkt te blozen

Een zonbeeldje dat geen warmte afgeeft

Maar je wel lachend aankijkt

Je kan vanop je fiets niet terugzwaaien, spijtig genoeg

Traptraptrap, doen je hotdogjes

Twee huizen verder hangt er nog een zonnetje naast de voordeur, een mooier zelfs

Dag zon, dag dag, begroet je met je neus

Je rijdt de straat weer uit en je moeder volgt

Het eendje dat voor haar moeder trappelt

Een race-eend.

 

De zonnebeeldjes hangen er iedere keer opnieuw

En toch is het fijn om ze telkens weer te zien

Je zal hen nog vaak passeren, omdat de straat vlak bij je thuis ligt

en op de fietsroute die jullie op zomeravonden verkiezen

Dan groeten de zonnetjes je elke keer

En jij groet hen terug

Steeds weer

Met langere hotdogbeentjes

Een grotere fiets

Grotere kleren…

 

Maar hoe ouder je wordt

Hoe minder je kijkt

Je focust steeds meer op de weg voor je

En het gaat steeds sneller

Je trapt sneller

Je gedachten gaan sneller

En je wordt ouder en ouder

Tijd om stil te staan bij de zonnetjes

lijk je niet meer te vinden

 

En als je die wel zou vinden

 

Dan lachen de zonnetjes misschien niet meer?

 

Tot ziens!

 

 

H.B.

 

 

Bron omslagfoto: flickr.com (door Isghoul)

Doorzoek de site

Generic selectors
Exact matches only
Search in title
Search in content
Post Type Selectors
Search in posts
Search in pages

Door Hanna

22 mei 2024

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *