Daar moet je als voorschrijver allemaal op letten. Het is geen lichtvaardige beslissing, onze hulpvragers het slikken van deze middelen aan te raden. Psychose kan vernietigend inwerken op de sociale integratie en de levensloop bederven, omdat je niet meekunt met de anderen. Dit wekt wrevel en frustratie op en kan tot een mislukkingscenario leiden, waar alles fout loopt en niets lukt.
Dat kan een bijkomende depressie meebrengen, zeg maar een reactionele of exogene depressie door de tegenslagen. Het is niet zo gemakkelijk als het lijkt om daar met iemand over te praten. Er rust een groot taboe op geestelijke stoornissen en er heerst een ontstellend grote onwetendheid over zodat allerlei vooroordelen en misvattingen vrij spel hebben.
Velen weten van zichzelf niet dat ze een psychose hebben. Ik maak het nog vaak genoeg mee dat psychotische patiënten die overal geweest zijn in de hulpverlening, geen flauw idee hebben over hun diagnose, of het nu om de meer bipolaire dan wel de meer schizofrene vormen gaat.
Die wordt in het geval van psychiatrische patiënten vaak niet meegedeeld. Zeker aan Franstalige kant, want daar gaat het er soms totaal anders aan toe. Het is een boek op zich waard. Ik ben in Brussel goed geplaatst om de verschillen in terminologie, maar ook in filosofie, waar te nemen tussen de twee taalgebieden, wat de geestelijke gezondheidszorg betreft.
Het is heel boeiend om dat te vergelijken, maar in de praktijk blijven de psychoten vaak in de kou staan als het gaat om degelijke patiënteninformatie. Ik zeg de naam van de ziekte meestal wel, als huisarts. Tenminste, ik uit mijn vermoeden, om te kijken wat de weerklank is, ook als het om psychose gaat. Ik vind namelijk dat een diagnose een sleutel is die past op het slot van de kennis.
Dat is het hele idee achter de geneeskunde, dat we beelden kunnen herkennen en benoemen, waar dan een aangewezen beleid tegenover staat. Het gaat om kennis, ervaring en wetenschap. Die stel ik niet alleen ten dienste van het publiek, maar ik moet daar ook een deel van overdragen. Daar loopt vaak iets mis in de klassieke geneeskunde. Kennis is macht en kennisoverdracht is machtsoverdracht. Sommige artsen kampen daarmee.
Recente bijdragen
Aidspatiënten van Dr. Peter van Breusegem – deel 1
Het verhaal van Hubert en zijn vrouw. In de jaren tachtig, middenin de aidsepidemie, begint Dr. Peter van Breusegem als jonge huisarts in zijn eerste praktijk. Een beetje onvoorbereid vangt hij de eerste aidspatiënten op. Ondanks het feit dat hij nog niet zo veel ervaring heeft, doet Peter zijn best hen zo goed mogelijk te begeleiden, ook op psychologisch vlak.
Geef een reactie