Neem ook even tijd om stil te staan bij je eigen innerlijk. Deze periode van je leven biedt gelegenheid tot inkeer en biedt ruimte om je levensuitzicht te overschouwen. Ben je bang voor de stilte en het ogenblik dat alle uiterlijk geluid ophoudt? Dan blijft alleen het eigen lichaam nog over, waar je misschien ook een keer moet naar luisteren en schouwen in de diepe ziel als een eindeloze leegte waar je in kunt vallen.
Velen zijn daar in wezen bang voor, voor die confrontatie met jezelf, oog in oog met je eigen spiegelbeeld. Je zou dat kunnen uitzoeken aan de hand van meditatie, waarvan verschillende vormen bestaan. Yoga bijvoorbeeld kan helpen. Of Mindfulness. Leuk om te googelen. Ik heb patiënten gehad die ik meteen kwijt was toen ik dergelijke suggesties deed, want ze ontkwamen aan hun verslaving. Daar kan ik alleen maar blij om zijn.
Niet dat er voor iedereen zo een toverwoord bestaat. Het advies dat ik geef, is meestal op maat gesneden, om deze of gene vorm van spirituele aanpak te proberen, in tegenstelling met de medicamenteuze. Hoe dan ook werpt de depressie je terug op je eigen persoonlijkheid, die je niet hebt kunnen kiezen, maar die je nog wel kunt ontwikkelen. Sommigen zijn nu eenmaal meer op somberheid ingesteld.
Dysthymie is een woord voor zo een toestand van lichtere, maar langdurige vorm van depressiviteit. Je bent dan zowat altijd lusteloos, sip en sneu, zonder dat je van een zware depressie kunt spreken. Wat daar dichtbij aanleunt, is anhedonie. Alweer zo een exotisch woord dat we van de Grieken hebben. Het staat voor mensen die nergens nog plezier kunnen in vinden.
Die heb je. Echt, dat je alles probeert, en het is allemaal water op een eend. Ze zijn niet tot pret in staat. Hulpvragers die aangeven geen enkele vorm van plezier meer te kunnen ervaren, zijn zeer moeilijk te behandelen. Iemand die geen enkele vorm van genoegen meer kent, wel daar kun je soms niets meer mee doen. Ook geneesmiddelen zullen in de ernstige gevallen niet helpen.
Je kunt het paard naar het water brengen, maar je kunt het niet dwingen te drinken. Bij sommigen is het vat af. Dan kun je nog proberen met een kwinkslag of zo, maar niets helpt. Niet dat er te veel onlust is, maar wel een ontstellend gebrek aan lust. Dat is niet hetzelfde. Daar bijten alle therapeuten zich de tanden op kapot, als er geen pret meer aan is.
Recente bijdragen
Aidspatiënten van Dr. Peter van Breusegem – deel 1
Het verhaal van Hubert en zijn vrouw. In de jaren tachtig, middenin de aidsepidemie, begint Dr. Peter van Breusegem als jonge huisarts in zijn eerste praktijk. Een beetje onvoorbereid vangt hij de eerste aidspatiënten op. Ondanks het feit dat hij nog niet zo veel ervaring heeft, doet Peter zijn best hen zo goed mogelijk te begeleiden, ook op psychologisch vlak.
Geef een reactie