Spring naar de inhoud

Meditatie en roesmiddelen: zorg

Meditatie en roesmiddelen: zorg

In goede orde

Mensen zorgen verbazend veel voor elkaar als je kijkt hoeveel mantelzorg er is in de maatschappij. Niet iedereen is ertoe in staat. Sommigen leven alleen voor zichzelf, maar toch zie ik als huisarts in de praktijk ook heel veel gezinnen waar de zorg voor elkaar centraal staat. Het is wat de meesten onder ons eigenlijk willen. Je geeft om je partner, of je zorgt samen voor een of meerdere kinderen, die volwassen zullen worden, wat een niet geringe hoeveelheid gratis zorgarbeid vergt.

De verzorging gebeurt vaak in stilte en zeg maar in het verborgene. De maatschappij kan die verscholen zorgprestaties nooit vervangen door professionele hulpverlening. Die is hoe dan ook overbelast in een samenleving waar de vraag naar zorg, gezien de vergrijzing, steeds toeneemt. Als wij in de toekomst de zorgtaken nog willen blijven aankunnen, dan zal het er op aankomen de energie die daar is bij ‘gewone’ mensen onderling beter aan te boren, aan te spreken, te ondersteunen en te begeleiden.

Mantelzorg grenst aan de vrijwilligerswerking, en gaat erin over. In de jaren tachtig heb ik een rol gespeeld in het oprichten en doen functioneren van wat destijds ‘The Foundation vzw’ heette. In de praktijk ging het om het opleiden en begeleiden van buddy’s, vrijwilligers die bereid waren samen met een aidspatiënt of een seropositieve persoon een eind samen op te trekken.

Ik heb toen heel wat bijgeleerd over de inzet en de bereidheid van vele ‘gewone’ mensen, iemand die een welbepaalde ziekte had opgelopen, de hand te reiken en in het dagelijkse leven bij te staan. Ik stond ervan te kijken met hoe velen ze waren, en tot welke inspanningen zij soms in staat waren. Zoveel dat het soms nodig was hen enigszins af te remmen, om niet te veel zichzelf weg te cijferen, en om er bijvoorbeeld niet onderdoor te gaan, wanneer het slecht afliep.

In de beginjaren was aids immers een fatale ziekte waar nog geen behandeling voor bestond, zoals nu het geval is. Ook stelde de ziekte de drager bloot aan allerlei vooroordelen en taboes en leidde ze niet zelden tot uitsluiting. Buddy zijn, betekende dat allemaal meemaken. Het vroeg om robuuste mensen die geselecteerd, opgeleid en begeleid werden. Het is wellicht de mooiste periode in mijn professionele leven geweest, dat ik dit heb mogen meemaken. Uiterst inspirerend en een remedie tegen het alom heersende pessimisme.


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Recente bijdragen

1987 – Oprichting van The Foundation

Sensibilisering rond hiv en aids Midden jaren tachtig. In Vlaanderen heeft de Katholieke Kerk nog steeds de touwtjes in handen. Conservatief en bekrompen. Hoe communiceer je dan over een nieuwe ziekte, die voor iedereen risico […]

Aidspatiënten van Dr. Peter van Breusegem – deel 1

Het verhaal van Hubert en zijn vrouw. In de jaren tachtig, middenin de aidsepidemie, begint Dr. Peter van Breusegem als jonge huisarts in zijn eerste praktijk. Een beetje onvoorbereid vangt hij de eerste aidspatiënten op. Ondanks het feit dat hij nog niet zo veel ervaring heeft, doet Peter zijn best hen zo goed mogelijk te begeleiden, ook op psychologisch vlak.

Kankerpreventie

Kanker voorkomen Wat kunt u zelf doen? Wat kan uw huisarts doen? Wat kan de specialist voor u doen? Primair en secundair Primaire preventie betekent iets doen nog voordat de ziekte ontstaat. Secundaire preventie is […]