Spring naar de inhoud

Ik moet u iets vertellen

Ik moet u iets vertellen

Ik moet u iets vertellen

Het slecht nieuws-gesprek

Leestijd: 2 minuten

Vanwaar komt nu mijn drijfveer om mensen in noodsituaties te (blijven) helpen? Een bepalend moment in mijn carrière was mijn inzet in de jaren ‘80 en ’90 voor de zorg en begeleiding van aidspatiënten. Tijdens de aidsepidemie kwamen we als huisarts tegenover een heel andere groep patiënten te zitten: jonge, hoogopgeleide en wilsbekwame mensen, vaak assertief en met een duidelijke visie op hun leven. Tot dan toe waren de meeste patiënten met ernstige of fatale ziektes ouderen. De aidsepidemie confronteerde ons met een nieuwe realiteit en dwong ons anders naar de zorg en de aanpak in de praktijk te kijken. Het betekende de start van een enorm leerrijke periode voor mij. Tijdens mijn opleiding en in de eerste jaren van mijn carrière werden patiënten met ernstige aandoeningen, zoals longkanker, eigenlijk maar nauwelijks geïnformeerd. Ze kregen dan bijvoorbeeld te horen dat er een vlekje op een van hun longen zat en dat er verder onderzoek nodig was, maar de harde waarheid over hun prognose bleef vaak onuitgesproken. Bij aidspatiënten merkte elke arts voor het eerst hoe belangrijk het was om open en eerlijk te zijn over slecht nieuws.

Het belang van slecht nieuws-gesprekken

De essentie van slecht nieuws-gesprekken is eenvoudig: je begint met de kern van de boodschap, zonder omwegen. Je legt begrijpelijk en concreet uit wat er aan de hand is. Maar het belangrijkste komt daarna: luisteren. Begrijpt de patiënt wat je zegt? Wat zijn de reacties, de vragen, de angsten? Dit vraagt tijd, veel meer dan het overbrengen van de diagnose zelf. Maar het is cruciaal om ervoor te zorgen dat patiënten niet alleen geïnformeerd worden, maar ook de ruimte krijgen om hun eigen beslissingen te nemen. Hierin ligt volgens mij de kern van geneeskunde, en zeker van huisartsgeneeskunde: het is onze taak als arts om mensen te helpen hun autonomie te bewaren. Dat betekent dat je patiënten begeleidt bij het nemen van beslissingen, zonder in hun plaats keuzes te gaan maken. De verleiding om zelf het heft in handen te nemen is groot. We zijn immers opgeleid, we beschikken over de kennis – maar mensen hebben vaak hun eigen redeneringen, hun eigen prioriteiten. Het is onze taak om die te respecteren en mee te nemen in het traject.

Elk onderwerp bespreekbaar maken

In gesprekken stel je als huisarts daarom vragen zoals: Wat wil je zelf? Wat betekent dit voor jou? Wil je nog een familiebijeenkomst meemaken, of misschien iets anders doen dat belangrijk voor je is? Deze vragen gaan niet over de ziekte, maar over het leven. Over wat voor die patiënt waardevol is. En soms ook over hoe hij of zij zich wil voorbereiden op het levenseinde. Niet iedereen denkt daar meteen aan, maar het is belangrijk dat wij als huisarts de kans bieden dit bespreekbaar te maken. Dat is ook een reden waarom ik nu overweeg mijn praktijk elders voort te zetten. Ik wil mijn werk op mijn eigen manier blijven doen, met dezelfde aandacht en zorg voor de unieke situatie van elke patiënt. Ik weet dat niet elke arts op deze manier werkt, maar voor mij is het een fundamentele overtuiging. Tegelijkertijd besef ik dat mijn werk en mijn rol veranderen. Ik ben realistisch over mijn ‘beperkingen’. Nieuwe generaties artsen, met hun kennis van richtlijnen en protocollen, zijn op veel gebieden misschien beter uitgerust dan ik. Dat betekent dat ik nu keuzes moet maken, zowel voor mezelf als voor mijn patiënten. Ik wil mijn tijd en energie blijven inzetten voor die mensen die mijn begeleiding het meest nodig hebben, ook op psychologisch vlak. Het zijn complexe trajecten, maar precies daarin vind ik mijn roeping als arts.

 

Link naar mijn afsprakenkalender: https://drpetervanbreusegem.be/

Foto: Een bromelia die ik van een dankbare patiënte kreeg.


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Recente bijdragen