Als onderwerp is alcohol op zich een boek waard. Het is een wonderlijk middel, dat sinds de vroege Bijbel deel uitmaakt van onze cultuur. Genesis 9:20-23 vertelt over Noach, die na de zondvloed een wijngaard plantte en wijn dronk, tot hij zo laveloos werd dat hij poedelnaakt in zijn tent ging liggen. Nu had Noach drie zonen: Sem, Cham en Jafet.
De middelste, Cham, was zo een beetje een deugniet. Hij zag zijn vader daar naakt liggen en maakte zich daar vrolijk over. Totdat de twee andere broers, Sem en Jafet, meer van het gezagsgetrouwe type, duidelijk gegeneerd en met afgewende blik, achteruit de tent in kropen, met een laken om de schamelheid van hun vader te bedekken, zonder die in ogenschouw te moeten nemen.
Het is een smakelijke anekdote die duizenden jaren oud is. In mijn dorp toen ik kind was, pakweg een halve eeuw geleden, dronk zowat iedereen, zeker tijdens kermissen en feesten waar het katholieke Vlaanderen vol van is. De Vlaming feest graag en daarbij vloeien de alcoholische dranken rijkelijk. Hetzij onder de vorm van sloten bier, hetzij wijn of nog sterkere dranken.,
We zijn een feestelijk volk met een bourgondisch karakter. Bij de minste gelegenheid gaat er een fles open en worden de glazen uit de kast gehaald. Ik kreeg als kind al alcohol te drinken tijdens de familiegelagen, bruiloften en communiefeesten waar gretig wijn en bier werden gehesen. Nu is dat niet meer voorstelbaar, maar wij konden als pubers volop roken en drinken tijdens communiefeesten en zelfs op school.
In het jezuïetencollege waar ik de humaniora volgde, mocht het vanaf vijftien jaar in de recreatieruimte. De wijze paters meenden dat het beter was de jongeren eraan te laten wennen en de skills te laten verwerven om er niet ten prooi aan te vallen. Het werd beperkt en in banen geleid, maar niet verboden. Toen golden nog andere maatstaven en de tolerantie voor alcohol- en nicotinegebruik was in wezen reusachtig in vergelijking met nu.
Voor jongeren zijn we sindsdien strenger geworden, maar die generatie van toen, waar ik toe behoor, is nog niet uitgestorven. Vandaag zijn het dikwijls toch de volwassenen en de jongbejaarden die aan het stuur betrapt worden. Om maar te zeggen dat het gebruik veel voorkomt in alle lagen van de bevolking en op alle leeftijden.
Dat is ook zo in alle landen die ons omringen. Is dat een probleem? Daar kun je verschillend naar kijken.
Recente bijdragen
Nieuwsbrief november 2024
November 2024 Hieronder kan u de medische nieuwsbrief van Peter van Breusegem gratis downloaden. Nieuwsbrief november – NL Téléchargez […]
1987 – Oprichting van The Foundation
Sensibilisering rond hiv en aids Midden jaren tachtig. In Vlaanderen heeft de Katholieke Kerk nog steeds de touwtjes in handen. Conservatief en […]
Aidspatiënten van Dr. Peter van Breusegem – deel 1
Het verhaal van Hubert en zijn vrouw. In de jaren tachtig, middenin de aidsepidemie, begint Dr. Peter van Breusegem als jonge huisarts in zijn eerste […]
Geef een reactie