Jesaja 58
Zo spreekt de heer:
Zal dat niet het vasten zijn dat Ik verkies:
Misdadige kluisters en ketenen slaken,
De knellende banden van ’t wurgjuk losmaken,
Verdrukten bevrijden. Is dat niet precies,
Wat vasten betekent in de profeties?
Ontzegging en offer, aan wellust verzaken,
Je broodkorst verdelen, je spaarvarken kraken,
Een onderdak bieden aan wie door verlies
Van huis en gezin naar de straat is verwezen.
De naakten voorzien van een passend gewaad.
Is dat niet veel meer dan gebeden voorlezen?
Of weken ontbering van vleesoverdaad?
Dan zal je voorspoedig en vlotweg genezen,
En gloort de lichtschemer van de dageraad.
Uit de profeet Jesaja
58, 6-8a
Zo spreekt de Heer :
‘Is dit niet het vasten dat Ik verkies:
misdadige ketenen losmaken,
de banden van het juk ontbinden,
de verdrukten bevrijden,
en ieder juk breken ?
Is het niet: je brood delen met de hongerige,
onderdak bieden aan armen zonder huis,
iemand kleden die naakt rondloopt,
je bekommeren om je medemensen ?
Dan breekt je licht door als de dageraad,
je zult voorspoedig herstellen.’
Geef een reactie