Sensibilisering rond hiv en aids
Midden jaren tachtig. In Vlaanderen heeft de Katholieke Kerk nog steeds de touwtjes in handen. Conservatief en bekrompen. Hoe communiceer je dan over een nieuwe ziekte, die voor iedereen risico inhoudt, vooral homo’s treft, en overgedragen wordt via seksueel contact?
In dit artikel gaat het over de sensibilisering rond aids in Vlaanderen, met als belangrijke mijlpaal mijn medeoprichterschap bij The Foundation.
Het condoom, de eerste campagne en duidelijke taal
De eerste jaren van de aidsepidemie brachten maar al te veel misvattingen met zich mee, zoals het idee dat je aids kon krijgen door een muggenbeet of door van hetzelfde glas te drinken als een aidspatiënt. Toen duidelijk werd hoe je een hiv-besmetting kon voorkomen, stond het condoom als de olifant in de kamer.
De aidsepidemie bracht een Vlaams pijnpunt boven water: de preutsheid en de achterhaalde katholieke moraal: praten over condoomgebruik bleek een echte uitdaging. Dat de overheid geld zou uitgeven om in affiches, folders en brochures het condoom aan de man te brengen, daar werd menig prelaat wellicht onpasselijk van.
We moesten iets ondernemen om van die nauwe blik, die vooroordelen af te geraken, en gingen ons hier steeds meer voor engageren. Zo kregen we enige inspraak in de campagne van staatssecretaris Wivina de Meester van Volksgezondheid. In 1984 lanceerde ze de campagne ‘Open je ogen voor aids ze sluit’. De oorspronkelijke ontwerpen waren wollig, het condoom mocht niet genoemd worden. Wij drongen aan op klare taal, wat voor heel wat fronsende wenkbrauwen zorgde, maar die concrete en duidelijke taal was noodzakelijk om mensen goed te kunnen inlichten.
Hier en daar kwamen er acties op waarbij condooms werden uitgedeeld, televisieprogramma’s waar plastisch werd uitgebeeld hoe een condoom op een penismodel af te rollen… het kwam allemaal toch op gang.
De drie pilaren binnen het activisme
De initiatieven die her en der in Vlaanderen ontstonden, resulteerden al snel in de oprichting van drie prominente initiatieven, die van grote invloed zouden zijn en door de overheid werden erkend.
Om te beginnen was er De Aidstelefoon, mede opgericht door onder andere het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen en een groep lokale aidsactivisten. Deze lijn bood een anonieme gesprekspreksmogelijkheid voor mensen met vragen over aids en soa’s. De telefonisten die de telefoon bemanden waren onbetaalde vrijwilligers, die dit uit overtuiging deden.
Ten tweede was er Het Aidsteam, bestaande uit leden van de homobeweging. De vereniging ontstond in 1987 en zette zich in om het belang van condoomgebruik actief te verspreiden. Met de versierde ‘Aidsbus’ reden ze door heel Vlaanderen om informatie te verspreiden en in alle toonaarden het preservatief aan te prijzen
Daarnaast was er ook The Foundation, een vereniging waar ik mee aan de wieg van heb gestaan en die, zoals twee andere, later opging in Sensoa. Het doel was om een buddysysteem voor aidspatiënten op te richten. Het idee kwam overgewaaid uit Amerika. Buddy’s waren vrijwilligers die zich ontfermden over de patiënten: ze werden nauwkeurig geselecteerd en vervolgens opgeleid om iemand te begeleiden tijdens de laatste weken of maanden van het leven.
Ik vond dat een geweldig engagement, iets dat overigens niet iedereen zomaar aankan aangezien het best wel ingrijpend kan zijn. Toch is er een aanzienlijk aantal mensen dat het deed, mits begeleiding en ondersteuning.
We hebben in Brussel eerst nog een balletgala georganiseerd, dat best veel geld heeft opgebracht. Het zorgde er later voor dat we subsidies van de Vlaamse overheid kregen, op één voorwaarde: dat we ook echt grondig aan voorlichting gingen doen. GVO, gezondheidsvoorlichting heette dat toen. We zijn toen met tal van vrijwilligers in scholen gaan praten, op de BRT en VTM gaan spreken, we hebben brochures geschreven… Heel veel tamtam gemaakt, om het zo te zeggen. We moesten en zouden iedereen bewust maken van het virus en de ziekte én een belangrijke boodschap meegeven: het gaat niet om een persoon, maar om het gedrag van iemand.
Gebieden waarop de aidsepidemie een grote invloed had:
- Patientencommunicatie
- Patientenrechten
- Toegankelijkheid, prijs en kwaliteit van de zorg
- Emancipatie
- Omgaan het met einde van het leven in de zorg
- De tegenstelling tussen cure en care: de harde tegen de zachte zorg.
Nuttige links
Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid: https://www.sensoa.be/
De (Nederlandse) website van het Aidsfonds: https://aidsfonds.nl/over-hiv-aids/wat-zijn-hiv-en-aids/
Een handige brochure over het verloop van de aidsepidemie via deze link.
Verteld door Peter van Breusegem. Geschreven door Hanna Brems.
Recente bijdragen
Nieuwsbrief november 2024
November 2024 Hieronder kan u de medische nieuwsbrief van Peter van Breusegem gratis downloaden. Nieuwsbrief november – NL Téléchargez […]
Aidspatiënten van Dr. Peter van Breusegem – deel 1
Het verhaal van Hubert en zijn vrouw. In de jaren tachtig, middenin de aidsepidemie, begint Dr. Peter van Breusegem als jonge huisarts in zijn eerste […]
Kankerpreventie
Kanker voorkomen Wat kunt u zelf doen? Wat kan uw huisarts doen? Wat kan de specialist voor u doen? Primair en secundair Primaire preventie betekent […]
Geef een reactie