Brievenboek van mijn ouders: Leuven, 13 januari 1952

Vandaag een klein fragment uit de eerste van een lange reeks brieven:

En dat ik je zaterdag in Brussel hoop te zien, weet je ook wel. Ik zal waarschijnlijk met de bus komen. Tracht dus te parkeren tussen het Noordstation en de Kruidtuin langs de kant zelf van de Kruidtuin, dus met de snuit van de auto naar het station gekeerd. Om hoe laat? In alle geval niet voór elf uur en waarschijnlijk ben ik maar om half twaalf in Brussel (op zijn vlugst).

Vermits jij in de voormiddag bij Liesenbergh moet zijn, zouden we misschien best in Brussel dineren. Jij moet natuurlijk eerst telefonisch jouw zeg hebben over wat morgenmiddag (vandaag als je dit leest of gisteren??) kan gebeuren.

Bij de terugkeer naar huis, stap ik dan af in Ninove, want ik moet naar huis mijn kleren halen. Dan keer ik terug naar Iddergem om de twee dochters van ma “bonne” mère (variant op bon fils) te inviteren voor het bal. Ik vrees voor één ding en dat is dat ik daarvoor misschien geld zal te kort komen, want ik had bij de opmaak van mijn budget daar niet meer aan gedacht.

Dat zijn er dus al twee die over geldtekort klagen (Anna ook).

(Arseen)

---