Stationsroman
Voorgelezen door Dina Sonck
Er was geen moment tijd voor innig minnekozen,
Onder het flitslicht en de aandacht van de pers.
Hij kijkt belegen, maar zij glundert kakelvers.
En demonstreert haar cursus glimlachen en blozen.
Hij kijkt naar haar een wijl maar vindt er geen verpozen.
Een slagroomtaart in volle vaart en zij daarop de kers.
Wie daar een graat in ziet, is zelf wellicht pervers.
Na vier december mag hij wettig in haar lozen.
De kroonprins van een land te zijn: het is niet simpel!
In Zaventem krijgt hij nog snel vluchtige kus,
Hij fronst het voorhoofd in een vorstelijke rimpel.
Zij geeft zijn boterhammen en snelt naar de bus.
Hij draait zich om en schrijdt naar af met vlag en wimpel,
En nu weer die kutwereld-klotehandel klus.
Geef een reactie