Arachnoidea
Voorgelezen door Dina Sonck
Ik overkom je als een sluipwesp of een spin,
En weldra heb ik al je hersens uitgezogen,
En hier en daar een rechte zin wat kromgebogen,
Gif in je merg geprikt bij mijn maaltijdbegin
Een zwarte weduwe! Bemin mij niettemin.
Spintepels zullen je tentakels mogen zogen.
Verdraaid heb ik verhaald van jou, maar niet gelogen.
Al kan het voorkomen dat ik een web verzin.
Licht knarsend wat soms leidt tot een technisch defect.
Stel u gerust, want ik ben niet van de politie!
In barnsteen opgesloten weerbarstig insect,
In een der bijbureaus van de geloofsjustitie,
Maar ik ben wel van de sonnetteninquisitie!
En mij gaat het erom: is ‘t rijmschema perfect?
Oorspronkelijk verschenen op 20 maart 2020 @ 04:16
Dollekervel
Na de schimmel brak een pandemie uit. Dat vraagt om giftige tegenmaatregelen. Wat een rijkdom in Neerlands tuin!
Vannacht trad U naar voren in een dolle droom,
Uw lichaam opgezwollen, bolle wangen grauw
en om U velden vol met reuzenberenklauw,
herfsttijloos in een duister woud van levensboom.
U lag in de lavendelhei, bleekwit en loom
het gif droop langs uw wangen, het leek op honingdauw
en in de tuinen gloeide ridderspoor, zo bláuw!
Zag ik een graf met hulst en buxus langs de zoom?
Een adder stak de gele engelentrompet,
processierupsenoptocht krioelde door Uw bed
nu keek ik grijnzend op U neer en zag Uw angst
Ik heb adonis en papaver neergezet
en ontwaakte koud, maar gillend van de pret.
Een oude wijsheid luidt: wie het laatst lacht, lacht het langst.
Verscheen oorspronkelijk als sonnet XIV in de sonnettentenniswedstrijd ‘Mallaria senza fine’. Past wel mooi bij de giftige spin.
Bron: http://www.neerlandstuin.nl/algemeen/giftig.html