Skip to main content

Chris Coolsma

Chris Coolsma (Zeist 1946) houdt van taal en is nogal woordspelig. De onderwerpen van de vakken die hij doceerde bij de Rijksuniversiteit Groningen – van 1983 tot 2016 – waren bestuur, beleid en bestuursrecht. Allemaal doordrenkt van taal en grond voor politieke kritiek. Hoewel hij nog liever in kamermuziekensembles piano speelt, is poëzie vanaf de eeuwwisseling steeds belangrijker voor hem geworden. Tegenwoordig gaat bijna geen dag voorbij zonder het schrijven of vertalen van een gedicht. Liever licht dan literair diepgravend. Graag actueel en licht ironisch. Zijn grote plezierdichtvoorbeelden zijn Cees Buddingh’, drs P, Ivo de Wijs, Willem Wilmink en Annie M. G. Schmidt. Favoriete dichters die hij graag gebruikt als inspiratiebron zijn Paul van Ostaaijen, Vasalis, Thomas Tranströmer, Kafavis, Lieke Marsman,  Billy Collins en Tony Hoagland. Van die laatste twee heeft hij binnenkort alle gedichten vertaald.

In poëziebroeikas Meander werden zijn kasplantjes groter. Daar ontmoette hij vanaf 1999 andere dichters, waaronder Edith de Gilde, Louis Esterhuizen, Marlise Joubert en Dirk van Babylon. Of was het Pasquino? Door het sonnettentennis met Pasquino werd hij Marforio en verzon hij de Liechtensteiner. En door het knutselen met de vorm kwam ook de Moctijn tot stand. In de door Myriam Gommers-Simonis in 2001 opgerichte dichterskring bracht hij meer dan honderd gedichten in, meestal in vrijere vormen. Bevriende vogelaars en de gorgelrijmen van Buddingh inspireerden tot de Vögelsreeks. De illustratrice en vormgeefster Corien Bögels helpt hem om zijn Vögels tot leven te brengen.

Op www.dirkvanbabylon.com publiceert Chris vertalingen van zijn favoriete dichter, zijn eigen creaties, zijn Vögels… en neemt hij ook de gedaante aan van Marforio, om samen met Pasquino een potje sonnettentennis te spelen.

0